zaterdag 22 maart 2008

Racisme & Beeldvorming deel 6 (Wordt vervolgd)


2.1.4. Een besluit: ideologieën, het discours en de natie.


De ideologische fundamenten afkomstig van het zionisme en de joodse religie zijn steeds aanwezig in het discours. Het onderscheid tussen ‘us’ en ‘them’ wordt steeds begrepen als het onderscheid tussen joden en niet-joden.



Het discours portretteert de niet–jood als inherent gewelddadig in directe tegenstelling tot de ‘morele’ joden die ‘vrede’ nastreven. De door Israël gevoerde veiligheidspolitiek kan maar begrepen worden tegen de achtergrond van de ideologische fundamenten voor het ontstaan van de natie en het strijden voor het behoud van deze natie. De veiligheidspolitiek van Israël heeft tot doel de joodse bevolking te ‘beschermen’ ook al betekent dit het schenden van alle mensenrechten. Het behoud van een exclusief joodse staat in het Midden Oosten heeft voorrang op elk mogelijk obstakel.



Door dit discours normaliseert en presenteert Israël de feiten alsof zij werkelijke feiten bedragen die ideologie-vrij zouden zijn. Toch zien we dat de beelden die geproduceerd worden in de oorlogsverslaggeving sterk overeenkomen met de ideologische fundamenten van de natie Israël.



De zelfperceptie van Israël als een democratische westerse natie kan niet losgezien worden van het zionisme. De categorisering van zichzelf als exclusieve joodse natie kan niet los bekeken worden van het zionisme en het jodendom.



Het ontstaan van de joodse natie was een direct gevolg van de internationale steun aan het zionistische doel. Deze steun was op zijn beurt voornamelijk te danken aan de naweeën van de holocaust. Door de gruwelen tegen de joden werd het mogelijk om steun te vinden voor de creatie van een zuiver joodse staat. De structuur van de natie werd gestoeld op het westers concept van een democratische natie. Toch dient er opgemerkt te worden dat de Israëlische democratische natie enkele gebreken vertoont, in het bijzonder de afwezigheid van een grondwet.



Het ‘legale’ karakter geassocieerd met Israël en de Israëlische ‘veiligheidspolitiek’ steunt op drie internationaal aanvaardde mythen. (zie 1.4.2.2.) Sinds het ontstaan van de natie, en in versterkte mate na 1967 was en is de gevoerde ‘veiligheidspolitiek’ desastreus voor de Palestijnen. Toch zien we dat Israël mede via het discours steeds internationale steun ontvangt om deze ‘veiligheidspolitiek’ te handhaven. Anno 2001 steunt de V.S. de door Israël gevoerde politiek en lijkt de U.N. buiten spel te staan. Laten we nogmaals het discours belichten.




Geen opmerkingen: